Een document waarin een werkgever schriftelijk vastlegt op welke restrisico's de BHV is gebaseerd, hoe de aantallen en opleiding van de BHV zijn bepaald en hoe wordt vastgesteld of de BHV-organisatie werkt (oefenen en evalueren).
Elke werkgever is verplicht een RIE uit te voeren. Gebruik indien mogelijk een (branche) RIE. In veel branche – RIE’s is het onderdeel bedrijfshulpverlening (nog) niet opgenomen. Zijn er in de RIE voor uw branche nog géén vragen over bedrijfshulpverlening opgenomen,
gebruiken om de branche - RIE voor de BHV aan te vullen.
Uit de RIE wordt duidelijk voor welke risico’s er in uw bedrijf géén preventieve maatregelen kunnen worden getroffen. Dit zijn de restrisico’s die moeten worden afgedekt met de bedrijfshulpverlening. De BHV is dus het sluitstuk van de arbeidsveiligheid in uw bedrijf.
Elk bedrijf heeft wettelijke BHV-verplichtingen. Ieder werkgever moet zorgen dat de deskundige bijstand op het gebied van BHV is geregeld. De RIE is het uitgangspunt om te bepalen welke deskundige bijstand op het gebied van BHV nodig is. Afhankelijk van de aard, grootte, ligging en de restrisico’s in uw bedrijf, moeten één of meerdere werknemers zijn opgeleid als bedrijfshulpverlener. Dit moet ook als u de BHV samen met andere bedrijven in uw omgeving organiseert. Iedere BHV’er moet voor één of meer van de hulpverleningstaken zijn opgeleid. De BHV-organisatie als totaal moet in staat zijn alle hulpverleningstaken uit te voeren. Elke werkgever moet schriftelijk vastleggen hoe de BHV is georganiseerd in zijn bedrijf en welke maatregelen in dit verband zijn genomen. Dat kan in een BHV-plan.
Een BHV'er is een gewone werknemer die in actie komt als er een incident is in het bedrijf. Hij verleent Eerste Hulp bij ongevallen en/of blust indien mogelijk een brandje en/of begeleidt een ontruiming.
Dat is afhankelijk van de restrisico’s die er in het bedrijf zijn. De BHV’er is er om de restrisico’s die niet kunnen worden voorkomen af te dekken. Het gaat dan om ongevallen, branden en het evacueren van medewerkers en handelen dat gericht is op de specifieke restrisico’s in uw bedrijf. Als er gewerkt wordt, moet er altijd BHV geregeld zijn.
Ja, elke werkgever is verplicht BHV te organiseren.
Alleen werken door werknemers of in kleine groepen werken komt voor in verschillende situaties. Sommige werknemers werken in het eigen bedrijf, maar doen dat alleen of in kleine groepen op tijden dat de BHV’er niet aanwezig is. Bijvoorbeeld monteurs of schoonmakers die buiten de reguliere bedrijfstijden werken.
Sommige werknemers werken niet in het eigen bedrijf, maar verrichten alleen of met enkele andere collega's extern werk. Bijvoorbeeld koeriers of bos- en landarbeiders. Ook kan extern werk worden verricht bij derden; bij een particulier of bij een ander bedrijf. Bijvoorbeeld in de thuiszorg, bij storingsdiensten of in de zakelijke dienstverlening.
In alle gevallen geldt dat de eigen werkgever ook dan BHV-verplichtingen houdt voor de alleen- of duowerkers en ervoor moet zorgen dat elke werknemer zo goed mogelijk zorg kan dragen voor zijn of haar veiligheid. Dat doet de eigen werkgever door te zorgen dat alleen- of duowerkers daarvoor voldoende opleiding of instructie gekregen hebben. Die instructie moet ook schriftelijk zijn vastgelegd.
Als alleen- of duowerkers arbeid verrichten bij een andere werkgever, worden ze beschouwd als bezoekers en zal deze werkgever daar rekening mee moeten houden bij de organisatie van de BHV van zijn bedrijf.
Er moet altijd een BHV’er zijn als er gewerkt wordt. Zorg dus voor voldoende BHV’ers zodat vervanging geregeld kan worden.
Dat is afhankelijk van de situatie. Veel bedrijven hebben een centraal punt met een telefoon waar een incident gemeld kan worden. Vanuit het centraal punt wordt dan gebeld met externe hulpverleningsdiensten. Soms wordt de telefoon bemand door een receptionist of telefonist. In die bedrijven is het raadzaam de receptionist of telefonist instructies te geven voor het omgaan met de melding van een incident en de bevoegdheid te geven om – in overleg met de gewaarschuwde BHV’er - externe hulpverleningsdiensten te bellen via 112.
Als een bedrijf géén receptionist of telefonist heeft, dan moet op een andere wijze geregeld worden dat 1-1-2 wordt gebeld, indien nodig. Bij een klein bedrijf – zonder telefonist – kan een incident direct worden gemeld bij de BHV’er. De BHV’er kan zelf bellen of zonodig een medewerker verzoeken om de brandweer, ambulance of politie via 112 te alarmeren.
Een BHV’er moet een opleiding of cursus volgen die past bij de restrisico's in het bedrijf. Er zijn drie wettelijke BHV-taken te onderscheiden:
Momenteel bestaat de basisopleiding voor bedrijfshulpverleners uit vier delen:
Kleine bedrijven zonder specifieke restrisico’s kunnen de Basisopleiding BHV voor micro-organisaties volgen. De Basisopleiding BHV voor micro-organisaties bestaat uit de volgende onderdelen:
De Basisopleiding BHV voor micro-organisaties duurt 8 uur.
Basisopleiding Bedrijfshulpverlener
Bedrijfshulpverleners dienen een Basisopleiding BHV Eerste Hulp- en/of Brandbestrijding en/of Ontruiming te volgen zodra:
De Basisopleiding Bedrijfshulpverlener bestaat uit de volgende onderdelen:
De cursus voor een allround BHV’er bevat alle onderdelen en duurt 16 uur.
Aanvullende opleidingen voor specifieke restrisico’s
Als een bedrijf te maken heeft met bijzondere restrisico's dan kan een aanvullende opleiding nodig zijn voor één of meerdere BHV’ers. Voorbeelden van bijzondere restrisico’s zijn werken met gevaarlijke machines, werken met gevaarlijke stoffen, werken in besloten ruimten, het werken met overdruk. Voorbeelden van aanvullende opleidingen zijn werken met adembescherming, Eerste Hulp bij werken met gevaarlijke stoffen.
Door het houden van oefeningen en het volgen van na- en bijscholing.
Het is toegestaan om met meer bedrijven samen te werken op het gebied van BHV. Dit geldt voor bedrijven die dicht bij elkaar liggen of in één gebouw zitten. Het kan ook zijn dat verschillende bedrijven op één locatie met elkaar samenwerken. Dat geldt bijvoorbeeld voor winkeliers in een winkelcentrum of werkgevers op een bedrijventerrein.
Over verschillende aspecten van de BHV kunnen samen afspraken worden gemaakt. Zo kan er bijvoorbeeld worden afgesproken welke medewerkers tot BHV’er worden opgeleid. Er kunnen ook afspraken gemaakt worden over aanschaf van blus-, Eerste Hulp- en communicatiemiddelen, over procedures die gevolgd moeten worden bij een incident of over plaatsen die gebruikt zullen worden als verzamelplaats(en) bij een ontruiming. Leg alle afspraken over de samenwerking van de BHV schriftelijk vast.
Het uitgangspunt moet echter altijd zijn dat de BHV’ers binnen enkele minuten in actie kunnen komen en een werkgever mag de BHV nooit volledig uitbesteden. Elke werkgever blijft verantwoordelijk voor de eigen BHV, ook als het bedrijf gevestigd is in een gebouw waarin meer bedrijven zitten. Elke werkgever zal in het kader van de uitvoering van de BHV-taken dan ook minimaal één van zijn eigen werknemers moeten aanwijzen.
Elke werkgever moet altijd minimaal één bedrijfshulpverlener aanwijzen. In kleine bedrijven mag hij dat ook zelf zijn. Het is toegestaan om met andere bedrijven samen te werken op het gebied van bedrijfshulpverlening.
Op een centrale plaats zodat het BHV-plan bij een incident eenvoudig te raadplegen is.
Om de vaardigheden van de BHV op peil te houden en om te testen of de wijze waarop de inzet van de werknemers en BHV’ers is gepland (in procedures) bij een incident ook daadwerkelijk werkt.
Met de RIE inventariseert u de arbeidsrisico’s in uw bedrijf. Die risico’s dient u door middel van maatregelen en voorzieningen te voorkomen (volgens de zogeheten arbeidshygiënische strategie). Maar er blijven altijd restrisico’s over die u niet kunt voorkomen, bijvoorbeeld een ongeval of brand. De restrisico’s dient u af te dekken met de BHV. De restrisico’s geven dus inzicht in de aard van de BHV taken.
Het aantal BHV’ers leidt u af van de verschillende incidenten.Die bij uw bedrijf kunnen voorvallen. De centrale vraag is bij elk incident of er voldoende BHV’ers zijn om het incident op een effectieve manier te bestrijden of te beperken.
Voor bedrijven met een specifieke restrisico (bijvoorbeeld gevaarlijke stoffen) geldt aanvullende wet- en regelgeving voor de BHV. De BHV moet hierop afgestemd zijn (zowel in aard als in omvang).
U bent wettelijk verplicht om regelmatig ontruimingsoefeningen te houden. Minimaal één keer per jaar een ontruimingsoefening is een goede richtlijn.
Daarnaast moet u zorgen dat het opleidingsniveau van de BHV’ers op peil wordt gehouden zodat zij in noodsituaties adequaat kunnen optreden. Naast het regelmatig laten volgen van na- of bijscholing door de BHV’ers, kunt u door het regelmatig organiseren van oefeningen in het bedrijf de vaardigheden van de BHV’ers op peil houden
Een apart aandachtspunt voor veel bedrijven is de toenemende agressie en criminaliteit. Opvang van slachtoffers van (winkel)criminaliteit, agressie en geweld van klanten en/of seksuele intimidatie valt niet onder de BHV-regelgeving. U kunt wel overwegen om de BHV een taak te geven om de nazorg (bedrijfsopvang en hulpverlening) van deze slachtoffers te verbeteren. Ook kunnen meerdere werkgevers in de directe nabijheid afspraken maken over een gezamenlijke aanpak van bijvoorbeeld winkelcriminaliteit. Ook hier geldt: besteedt opvang niet volledig uit.
Voor informatie over het dichtstbijzijnde bureau voor Slachtofferhulp kunt u de plaatselijke politie benaderen of de Landelijke Organisatie Slachtofferhulp (op werkdagen van 09.00-17.00 0900-0101, lokaal tarief). Spreek buiten kantooruren het antwoordapparaat in.
EHBO is een begrip dat bekend geworden is vanuit de vrijwilligersverenigingen (EHBO verenigingen) die een maatschappelijke rol vervullen. Hiervoor is geen wettelijke basis (meer). De vrijwilligers kunnen hiervoor een EHBO diploma behalen.
Artikel 15 van de Arbo-wet regelt Eerste Hulp in arbeidstijd, waarbij er een verplichting is voor de werkgever om de BHV te regelen. De Eerste Hulp is hierbij een onderdeel van Arbo-beleid, RIE en BHV organisatie. De Eerste Hulp is dan afgestemd op de restrisico’s van het bedrijf.
De duur van de cursus hangt samen met de taken die de BHV’er moet verrichten. Momenteel bestaat de basisopleiding voor bedrijfshulpverleners uit vier delen:
Kleine bedrijven zonder specifieke restrisico’s kunnen de Basisopleiding BHV voor micro-organisaties volgen. De Basisopleiding BHV voor micro-organisaties bestaat uit de volgende onderdelen:
De Basisopleiding BHV voor micro-organisaties duurt 8 uur.
Nee, de taken van de bedrijfshulpverlening bestaan voornamelijk uit vaardigheden (Eerste Hulp vaardigheden, blussen van een brand, het evacueren van mensen). Voor het leren van die vaardigheden dient de BHV’er direct feedback te ontvangen (zowel verbaal, voorbeeldgedrag en motorische feedback). Fout aangeleerde vaardigheden zijn moeilijk te corrigeren en hebben grote gevolgen voor het slachtoffer. Schriftelijk materiaal kan alleen dienen ter ondersteuning.
Dat is een goede vraag. Dat is een vraag die regelmatig gesteld wordt Het antwoord is eenvoudig: de geldigheid van het BHV-certificaat is 1 jaar. Dat in de ARBOwet is bepaald dat men de BHV periodiek moet herhalen. Omdat een BHV-certificaat een jaar lang geldig is, zullen BHV-ers elk jaar een herhalingscursus moeten volgen om de BHV certificaat te behouden. Na het succesvol afronden van een herhalingscursus, wordt er opnieuw een certificaat voor een jaar afgegeven.
Al vanaf 4 personen op locatie ongeacht welk opleiding. Of kom bij ons op locatie.
Ervaring is de kennis/training overbrengen die u nodig heeft voor uw bedrijf of instanties, organisatie.
Wij geven opleidingen op maat, zodat u er meer uit kan halen. Met een uitstekende prijs/kwaliteit verhouding.
Barrieweg 192 A - 5622 CR - Eindhoven
© Copyright 2021 - Training & Adsvies MVM - website: van dongen design - Inloggen